25 november 2013

All Tomorrow's Parties End Of An Era Part 1 (curated by ATP & Primavera Sound) (Camber Sands Pontins - 22-24.11.2013)



Waarlijk het einde van een tijdperk, omdat het er tot nader order naar uitziet dat de échte ATP's - die gedurende drie dagen plaatsvinden in een Brits vakantiepark (Butlin's of Pontins) met hoge camp-factor - tot het verleden behoren. Ik heb het geluk gehad een zestal edities te mogen meemaken, met als curatoren Thurston MooreMelvins & Mike PattonMy Bloody ValentineGodspeed You Black! EmperorAnimal Collective en Les Savy Fav/Battles/Caribou. En nu dus een zevende en allerlaatste keer. Snif.



Dag 1



His Clancyness

Kwartet rond de Italo-Canadees Jonathan Clancy. Niet onaardige opener van de debatten met fraaie rock/pop. Nadrukkelijke vrouwelijke inbreng op bas en drums. Wel niet origineel genoeg om onmiddellijk naar de platen-winkel te spurten en de volledige back-catalogue aan te schaffen.




Magik Markers

Noise-trio uit Connecticut met de charismatische frontvrouw Elisa Ambrogio aan het roer. Bespeelde tijdens het eerste nummer de drums en ontpopte zich nadien tot een opwindend rockbeest op gitaar. Mijn ogen waren wijd opengesperd en mijn oren tintelden van plezier. Zeer sterk concert en één van de absolute toppers van het weekend.





Scout Niblett

Het goed onthaalde album "It's Up to Emma" (2013) van deze ietwat frêle Engelse singer-songwriter passeerde de laatste weken geregeld mijn gehoor. Ogenschijnlijk onderling uitwisselbare songs die samen een spokend geheel vormen. En gelukkig konden we vanavond mooie live-versies van enkele nummers uit dit album meepikken.






The Icarus Line

Eén van de weinige bands die dit weekend onder de simpele noemer 'rock' te klasseren viel. Op zich weinig originele post-hardcore uit LA, maar wel met de nodige panache gebracht. De pikorde binnen de band was duidelijk : de besnorde gitarist viel de dagen nadien meermaals te spotten in pub Queen Vic met vrouwelijk schoon rond zich, terwijl één van de uiterlijk minder begenadigde bandleden diende in te staan voor de bewaking van jassen en het bestellen van bier.




Múm

Bekende electro-pop uit IJsland. Af en toe geweldige muziek onder de koptelefoon, maar op een podium niet altijd even overtuigend wegens iets té elfjes-achtig. Lijken soms eerder op een commune dan op een band. Ik vermoed dat ze af en toe bars voor swingers bezoeken.



Blanck Mass

Het titelloze debuut uit 2011 van dit electro-project van Benjamin John Power (één van de stichtende leden van Fuck Buttons) is in één woord fan-tas-tisch en één van mijn favoriete platen van het moment. En ook live was dit een zinderende ervaring. Een geluidstapijt zoals je er zelden één gedrapeerd krijgt.



Lee Ranaldo And The Dust

Lee Ranaldo en Steve Shelley op één podium, dat is meer dan een troostprijs en zelfs zonder de Sonic Youth-insteek blijft Ranaldo interessant. Maar zijn laatste plaat (met The Dust) is niet al te sterk en zo zie je maar dat Sonic Youth in feite méér is dan de som van de delen. Een feit dat ook op dag 2 bevestigd wordt wanneer Thurston Moore met diens nieuwe band het podium betreedt. Desalniettemin vinken we de ...-tigste keer af dat we Ranaldo met zijn boeddhistische belletjes hebben zien rammelen.




Low

Dit trio uit Minnesota bestuurt een muzikale trein der traagheid, die op rustig kabbelende wijze prachtige oorden bezoekt en de reiziger meeneemt op een enigmatische reis vol griezelig mooie vocale harmonie en scherpe gitaren. Of zoiets. Kortom : prachtig.



Dinos Chapman

Vooral bekend als kunstenaar in samenwerking met Jake Chapman, bracht deze Engelse visuele artiest eind vorig jaar ook een plaat uit ('Luftbobler'). Onderkoelde beats en soundscapes. The Chapman Brothers waren overigens in 2004 al curator van een Nightmare Before Christmas-editie van ATP.





Dag 2



Eraas

Duo uit Brooklyn - voorheen actief in Apse - dat zopas een tweede plaat uitbracht ('Initiation'). Repetitieve ambient-rock met bas, sobere percussie, gitaar en synths. En daarbij hoort blijkbaar - op vestimentair vlak - het geregeld op- en afzetten van een muts.







Tortoise

Deze bende multi-instrumentalisten uit Chicago blijft toch een apart fenomeen. Té lang geleden dat ik ze nog eens live zag. Een puik concert dat geheel terecht werd gesmaakt door een flink volgelopen grote zaal, hoewel dit concert bizar genoeg nogal vroeg op de dag plaatsvond. Who cares about vocals when you've got Tortoise on stage ?!


Chelsea Light Moving

De overgave waarmee Thurston Moore op een podium nog altijd tekeergaat, blijft verbazingwekkend. De man wordt al een dagje ouder en heeft niets meer te bewijzen, maar het bloed kruipt duidelijk waar het niet gaan kan. Dit gezegd zijnde, zie ik hem liever in experimentele projecten dan in een 'reguliere' band à la Chelsea Light Moving. Een goed concert, daar niet van. Sterke songs afgewisseld met no noise-niemendalletjes. Maar het is een beetje als met Lee Ranaldo : apart zijn ze goed, samen met Kim Gordon en Steve Shelley zijn ze super.



Television

Legendarische band uit de seventies-rockscène van New York. Brachten vandaag hun iconische album 'Marquee Moon' (1977). Helaas niet in de originele volgorde, waardoor we jammer genoeg de live-versie van het briljante titelnummer misten. Maar we konden wel o.a. 'Venus', 'Friction' en 'Elevation' meepikken. Een volgepakte grote zaal zag met graagte deze oude knarren aan het werk, die bijna vier decennia na datum eerder leken op gezapige biljarters dan op punk-pioniers.


Wolf Eyes

Het doet deugd om te zien dat deze noise-pioniers nog altijd evolueren. De rauwe, pulserende drone-noise van weleer (ten tijde van platen als 'Burned Mind' en 'Human Animal') maakt plaats voor  meer spaarzame maar extreem efficiënte en dodelijk precieze noise, getuige de geweldige laatste plaat 'No Answer: Lower Floors'. En in de duisternis van het podium was dit schrikwekkend noise-universum het meest angstaanjagende concert van het weekend.


Porn

Spilfiguur Tim Moss zorgde tijdens de ATP-editie in de winter van 2008 reeds voor een geweldige nachtelijk explosie. En dat werd vandaag nog eens dunnetjes overgedaan. Wel niet met Dale Crover maar met Balazs Pandi op drums. Maar wel opnieuw met Thurston Moore als special guest. Door het vroegere tijdstip van het concert en het ontbreken van dubbele drums, had dit concert niet dezelfde impact als dat van 5 jaar geleden, maar toch was deze bizarre mix van noise en zware stoner-rock wederom een stevig schot in de roos.



Demdike Stare

Duo uit Manchester dat naadloos aansluit bij de recente lichting producers die intelligente en kwalitatief hoogstaande elektronische muziek maken. Minder brutaal dan op plaat (en zoals meestal bij dit  type van optredens visueel saai), maar met de ogen dicht klopt het plaatje volledig.



Godspeed You! Black Emperor

Tijdens de twee concerten dat dit Canadese gezelschap in 2010 speelden (toen ATP onder hun curatele plaatsvond), waren we danig onder de indruk. Maar het zijn concerten waar je 'in' moet zitten. Lange marathons die het uiterste vergen van je concentratie. Ook vanavond tekende GY!BE veruit voor het langste concert van het weekend. En net zoals in 2010 slaagden we er niet allemaal in om een klein 'inkak-moment' te onderdrukken. Desalniettemin zijn er zeer weinig bands op de planeet die in de buurt komen van de formule waarmee GY!BE hun muziek kan laten ervaren als visuele kunst, als een totaalervaring.



Oneohtrix Point Never

Daniel Lopatin - een zoon van Russische immigranten - stuurt vanuit Brooklyn prachtige experimentele geluidscollages de wereld in. En ook zijn uitstekend onthaalde recentste plaat ("R Plus Seven") is daar een voorbeeld van. Wederom een visueel saai maar auditief zinnenprikkelend concert. De toekomst van de betere experimentele muziek ligt duidelijk in de handen van een nieuwe generatie hyper-getalenteerde producers.


Dinosaur Jr.

Ach, Dinosaur Jr. Zal wel een leuk concert zonder verrassingen worden, zeker ? Wie had echter durven bevroeden dat dit trio voor één van dé hoogtepunten van het weekend zou tekenen ? De klassiekers volgden zich in snel tempo op, het geluid zat perfect, de volgepakte en licht geïntoxiceerde zaal zat vol goede vibes en ook ik kon een occasionele vuist in de lucht niet onderdrukken. Nummers als 'Freak Scene' en 'The Wagon' kan een mens nooit beu worden.




Dag 3



Headbirds

Tijdens de derde dag was vooral de stempel van curator Primavera Sound duidelijk. Enkele Spaanse acts die we allemaal losjes negeerden (Los Planetas, Refree, Standstill), en ook de jonge producer Dani Guijjaro, die grossiert in dromerige house en techno. Kan misschien werken tijdens warme nachten in bepaalde discotheken op Ibiza, maar in de namiddag tijdens het wegkauwen van een eerste guinness, was dit een nogal zwaar ontbijt.



New War

Zowaar een band uit Australië, dat prachtige land dat ons ook de geweldige soap 'Home and Away' schenkt ! Zanger Chris Pugmire zuigt de aandacht naar zich toe, ondersteund door de monotone bas-loops van bassiste Melissa Lock. Pugmire heeft duidelijk veel naar Nick Cave gekeken en beschikt ook wel over een mespunt charisma, maar het concert was niet echt boven-gemiddeld. Verdienen voorlopig nog wel het voordeel van de twijfel, omdat hun debuut nog maar pas werd uitgebracht op ATP Recordings. Meteen ook de reden waarom ze de affiche mee mochten opvullen wellicht.



Hebronix

De nog altijd maar 23 jaar oude Daniel Blumberg (voormalige frontman van Yuck) bracht dit jaar als Hebronix de plaat 'Unreal' uit, een plaat die ik iedereen kan aanbevelen. Op het podium vandaag bijgestaan door de Japanner Kohhei Matsuda. Het duo bracht lang uitgesponnen en uitgepuurde versies van enkele nummers uit 'Unreal'. Een concert dat dubbel zo lang had mogen duren. Blumberg en Matsuda waren na het concert niet meer van de toog weg te slaan. Ik vermoed overigens dat Blumberg ons in de toekomst nog veel mooie dingen zal schenken.


Zyna Hel

Na enkele dagen de vriendin te moeten missen en in ruil daarvoor met een stel flink flatulerende manskerels opgescheept te zitten, kan een mooi vrouwmens zoals Elisabeth Oswell de zinnen best wel prikkelen. Jammer genoeg was haar muzikale project Zyna Hel een stuk minder opwindend. De wijdse gebaren, de gotische ondertoon van haar teksten, ... Kate Bush deed het ooit veel beter. Mijn excuses aan deze nimf uit Newcastle, maar haar concert was kwalitatief duidelijk één van de mindere van het weekend.




Adam Gnade

Het concert - of beter gezegd 'de performance' - van Adam Gnade (spreek uit : "Guh-nah-dé") was dan weer onvergetelijk. Deze auteur met roots in San Diego brengt 'talking songs' : hij leest/zingt zijn teksten af van tekstbladen, terwijl hij muzikaal sobertjes en bijna soundtrack-gewijs begeleid wordt door leden van de band Youthmovies. Zijn overduidelijke alcohol-intoxicatie maakte het hem soms moeilijk om de nodige sérieux te verlenen aan zijn donkere teksten, maar hij schilderde telkens een klein tableau met donkere verfstrepen. Teksten als "Are your friends dragging you down or were you low to begin with ?" zijn kenschetsend voor deze zwarte ziel, die zich nochtans uitstekend leek te amuseren.


Forest Swords

De kleine zaal was tijdens het hele weekend nooit zo volgepakt als tijdens het concert van dit project van Merseyside-resident Matthew Barnes. Het feit dat Pitchfork niet zuinig was met lofbetuigingen voor de EP 'Dagger Paths' en de LP 'Engravings', zal daar wel niet vreemd aan zijn. Zoveelste exponent van een nieuwe generatie artiesten die garant staan voor boeiende luisterervaringen. En dus weer een concert dat erom smeekte om met de ogen dicht beleefd te worden, hoewel ditmaal de soundscapes werden begeleid door mooie visuals.



Pharmakon

Het was dan weer onmogelijk om de ogen gesloten te houden tijdens de stormachtige therapeutische sessie die de 22 jaar oude NYC-chick Margaret Chardiet ons voorschotelde. Een half uur keiharde scream/industrial/noise. Een meisje met de nodige issues, zoals ook blijkt uit de ietwat wansmakelijke hoes van het stevige debuut 'Abandon'. Ik stond op de eerste rij en kreeg zowaar een beetje schrik toen deze jongedame de ziel uit haar lijf krijste, terwijl ze me van dichtbij in de ogen keek.


Beak>

Dit is al lang geen zijproject meer van Geoff 'Portishead' Barrow, maar een headliner die de grote zaal zonder problemen mee op de kar kreeg. Met de onweerstaanbare drive van krautrock à la Neu! en Kraftwerk, gemengd met psychedelische invloeden van een vroege Pink Floyd en met meer hedendaagse elektronische lijnen en rockinvloeden, brengt dit trio een welwillend publiek in extase. Bewijs hiervan : na afloop van het concert werd de briljante baslijn van "Wulfstan II" in de wandelgangen nog luidop na-gescandeerd. Een mooier compliment is nauwelijks denkbaar.


The Haxan Cloak

Op een 'normaal' festival wordt afgesloten met een grote naam, een commerciële klepper. Niet op ATP. Daar krijgen we als allerlaatste dessert zowat het donkerste concert van het hele weekend. De kleine zaal wordt volgepompt met rook en daarna mag Bobby Krlic, een unieke experimentele multi-instrumentalist uit Yorkshire, zijn ding doen. Zijn plaat 'Excavation' moet bij voorkeur beluisterd worden in een donker hoekje van de kamer, met open geest en met een goede koptelefoon. Caravaggio zou zeker fan geweest zijn van The Haxan Cloak. Was het de vermoeidheid, de alcohol, het besef dat dit mijn laatste ATP-concert was, ... ? Of gewoon de briljante opbouw van deze verschroeiend harde en veeleisende trip naar de donkere krochten van 's mans ziel ? Wat er ook van weze : dit was geniaal. Een orgelpunt zonder weerga, zonder compromissen, zonder misplaatste melancholie. Ik had me geen beter einde van de ATP-ervaring kunnen dromen.

10 november 2013

Bang On A Can All-Stars & Lee Ranaldo (deSingel - 09.11.2013)

Bang On A Can begon in 1987 als een marathon-concert in een kunstgalerij in SoHo onder impuls van oprichters/componisten David Lang, Michael Gordon en Julia Wolfe. Het project is ondertussen uitgegroeid tot een vaste waarde binnen de avant garde-scène in New York, met een jaarlijks festival, een label, projecten waarbij opkomende componisten gesteund worden en - middels de All-Stars - concerten op allerlei locaties. Met als rode draad telkens het opzoeken van muzikale vernieuwing en het slopen van de dwangmatige opdeling tussen 'populaire' muziek en 'ernstige' muziek. Een meer dan verdienstelijke poging om de explosieve en gebalde energie van de rock te verbinden met de complexiteit van klassieke muziek.

Naast composities van oprichters Lang, Gordon & Wolfe, wordt ook geregeld plaats gemaakt voor composities die ofwel gemaakt zijn in opdracht van het collectief, ofwel aanleunen bij de grondbeginselen. Voor de gelegenheid werd de volgende selectie gemaakt :

- Electric Counterpoint (Steve Reich)
- Oh Shut Your Eyes Against The Wind (Bryce Dessner)
- Stroking Piece #1 (Thurston Moore)
- Snakes & Ladders (Fred Frith)
- Instructional Video/Matt Damon/Breakfast at J&M (David Longstreth)
- How Deep Are Rivers (Lee Ranaldo)

De All-Stars werden opgericht in 1992 en bestaan momenteel uit de volgende bezetting :
- Ashley Bathgate : cello
- Robert Black : contrabas
- Vicky Chow : piano
- David Cossin : percussie
- Mark Stewart : gitaren
- Ken Thomson : klarinetten

De kruisbestuiving tussen diverse genres binnen Bang On A Can wordt duidelijk zonder nog maar één noot gehoord te hebben : op het programma van vanavond vinden we immers werken terug van eerder klassiek geschoolde componisten (zoals de minimalist Steve Reich en de experimentalist Fred Frith), als van muzikanten die we met rockmuziek associëren (Moore & Ranaldo zijn overbekend via Sonic Youth maar dragen nog altijd de erfenis van hun leermeester Glenn Branca met zich mee, Dessner is een spilfiguur binnen The National en Longstreth maakt het mooie weer met Dirty Projectors).

Het duwtje in de rug om dit concert bij te wonen, was de gast-bijdrage van Ranaldo bij de vertolking van zijn eigen compositie. Ironisch genoeg bleek dit veruit de minst interessante compositie. De intro bij zijn "How deep are rivers" was nogal rommelig en de typische Lee-elementen (boeddhistische belletjes en het schuiven van de gitaarhals over de vloer) waren onvoldoende om de compositie uit het slop van de warrige samenhang te trekken.

Dan viel er meer muzikaal vertier te rapen voor de pauze. Met "Electric Counterpoint" bijvoorbeeld, een Reich-compositie met Afrikaanse roots, geschreven voor Pat Metheny,  solo gebracht door de uiterst minzame gitarist Mark Stewart, in dialoog tredend met op tape opgenomen gitaarpartijen. De compositie van Thurston Moore leunde het dichtst aan bij rock-geöriënteerde noise-escapades (een gestaag crescendo vertrekkend vanuit sobere percussie en uitmondend in chaotisch lawaai) terwijl het werk van Dessner met zijn poli-ritmische structuren voor mij het hoogtepunt van de avond was.

Na de pauze werd de uitdaging niet gemeden door voor een werk van experimentalist Frith te kiezen, geïnspireerd op het gezelschapsspel "Snakes & Ladders", speciaal voor Bang On A Can geschreven, net zoals het trio muzikale miniatuurtjes van Longstreth. Een muzikaal best wel opwindende avond, waarbij ik toch niet kan nalaten om een speciale vermelding op te tekenen voor de (mooie) celliste Bathgate (links op de foto). Nooit zag ik een muzikant zo veel en zo spontaan glimlachen tijdens een zogenaamd 'serieus' concert als deze dame.

Het programma-boekje van vanavond valt hier te downloaden. Voor de geïnteresseerden gaf Maarten Beirens vooraf een inleiding, hier te beluisteren.

07 november 2013

Phaedra (Warande - 06.11.2013)

Theater Zuidpool speelt een bewerking van Phaedra, de klassieke tragedie van Euripides die voor het eerst werd opgevoerd in 428 v.Chr. en die nadien vele bewerkingen heeft gekend, gaande van Seneca tot Racine tot zelfs Hugo Claus. Maar Theater Zuidpool kiest voor een minder bekende versie, geschreven door de Russische dichteres Marina Tsvetajeva in 1927. Meteen een primeur, want het is de eerste keer dat deze bewerking in het Nederlands wordt opgevoerd.

In afwezigheid van haar echtgenoot Theseus (koning van Athene) wordt Phaedra - toegewijd aan Aphrodite - verliefd op haar stiefzoon Hippolytus. Door toedoen van haar voedster verklaart ze haar liefde aan de jongeman maar Hippolytus, een cynische jongeman die toegewijd is aan de godin van de jacht Artemis, wijst haar liefde brutaal af. Phaedra pleegt zelfmoord. Wanneer Theseus terug thuiskomt en de tragedie verneemt bij monde van de voedster, vervloekt hij zijn stiefzoon en roept Poseidon op tot wraak. Hippolytus vindt de dood op zee. Later geeft de voedster toe dat zij de intrige in gang heeft gestoken waarop Theseus haar vergeeft. Ze was immers niet meer dan een instrument in handen van de grillige goden.

In al zijn geledingen is dit een op en top Griekse tragedie, waarbij gewone stervelingen niet meer zijn dan pionnen op het Grote Schaakbord dat door de goden wordt bespeeld. Maar toch is binnen dit klassieke kader veel interpretatie mogelijk. Daar waar in veel versies koningin Phaedra wordt afgeschilderd als een intrigante die zeker niet vrij is van schuld en de focus ligt op het gewelddadige aspect van deze tragedie, portretteert Tsvetajeva de tragische koningin als een onschuldige vrouw die enkel op aanstoken van haar voedster gehoor geeft aan haar emoties voor haar stiefzoon en die in het gevecht met haar innerlijke demonen op dramatische wijze de handdoek in de ring gooit.

Op de planken vertaalt zich dit naar een zinderende voorstelling, die het puur van de tekst moet hebben. Er is geen actie, een minimaal decor (een grote houten balk dwarst het podium) en ook zeer weinig fysieke interactie tussen de acteurs. Enkel lange dialogen (die eerder het karakter hebben van lange, naast elkaar lopende monologen). Ondanks de lengte van het stuk (+/- 2 uur) en het feit dat de voorstelling 100 % steunt op de tekst, slaat verveling nooit toe. Dat is een verdienste van de poëtische kracht van de versie van Tsvetajeva, maar ook van de prachtige acteerprestaties.

Het stuk begint met een verpletterende en lange ode aan Artemis, godin van de jacht, gebracht door twee vazallen van Hippolytus (Koen van Kaam en Jorgen Cassier). Sofie Decleir (dochter van) neemt de rol van Phaedra op zich en doet dat opvallend ingetogen, wat de innerlijke demonen van Phaedra nog beter uit de verf doet komen. Kleinere rollen voor Anna Vercammen als dienares en voor Koen de Sutter als Theseus, die pas in de laatste minuten van het stuk zijn opwachting maakt. Met Louis Van Der Waal valt een opvallende keuze voor de rol van Hippolytus op te tekenen : je zou verwachten dat voor de rol van een kloeke koningszoon met een passie voor de jacht en die bovendien het hoofd van zijn stiefmoeder op hol brengt, gekozen wordt voor een gespierde en gebronsde manskerel. Niets daarvan : Van Der Waal is zeer klein van gestalte en is (vanuit een ietwat respectloos standpunt) als niet meer dan een luid keffend opdondertje te beschouwen. Dit onderstreept echter des te meer het irrationele aspect van de liefde.

De glansrol van het stuk is echter weggelegd voor Ariane van Vliet in de rol van de voedster. Op overweldigende wijze geeft ze gestalte aan de grote intrigante in het verhaal, die een hand heeft in alle dramatische wendingen. De twee-deling tussen Aphrodite (godin van de liefde, gesymboliseerd door de moedermelk) en Artemis (godin van de jacht, gesymboliseerd door het bloed) loopt als een rode draad door het stuk en het is de voedster die constant hamert op de kracht van de moedermelk, vermits zij Phaedra als boreling zoogde. De oude voedster tracht - door Phaedra op liefdesmissie te sturen - een deel van haar eigen jeugd terug te winnen, maar wordt daardoor de motor van een onafwendbare tragedie.

Bovenal is er de prachtige tekst van de hand van Tsvetajeva, wiens leven zich ook laat lezen als een tragedie. Ironische genoeg eindigde het leven van Tsvetajeva net zoals het leven van haar Griekse anti-heldin : opgehangen aan een touw, verbitterd, misgegrepen door familie en samenleving.




Zuidpool speelt PHAEDRA - teaser.