26 april 2006

Open Doek - dag 2

Kilomètre zero (Hiner Saleem, 2005)

Ako is een jonge Koerd die onder dwang wordt ingelijfd bij het iraakse leger om deel te nemen aan de oorlog tegen Iran, hierbij zijn vrouw, zoontje en kribbige schoonvader achterlatend. Hij droomt ervan om naar Europa te vluchten. Op een gegeven dag krijgt hij de opdracht om het lichaam van een gesneuvelde soldaat naar diens familie te brengen. Hij ziet hierin zijn kans om te vluchten, maar de chauffeur waarmee hij op pad wordt gestuurd, blijkt een Koerden-hatende arabier te zijn ...

Hoewel Saleem met deze prent niet hetzelfde niveau haalt als in zijn voorganger Vodka Lemon, heeft Kilomètre Zero toch wel wat te bieden. Met een licht-ironische toets wordt de constante onderdrukking van het Koerdische volk door Saddam Hoessein geschetst (het grote standbeeld van Hoessein is nooit ver uit de buurt). Tekenend zijn de laatste beelden van de film : Ako is erin geslaagd om naar Europa te vluchten en verneemt in zijn Parijse appartement dat Saddam Hoessein werd verdreven, wat door hem op groot gejuich wordt onthaald. Eindelijk is het Koerdische volk vrij. Dagelijks wordt echter op pijnlijke wijze duidelijk dat Irak ondanks deze 'bevrijding' nog steeds op Kilometer Nul staat.





The wayward cloud (Tsai Ming-liang, 2005)

Taipei heeft door een aanhoudende droogte te kampen met waterschaarste. Watermeloen is de enige nog betaalbare dorstlesser. Centraal in dit surrealistische gegeven staan Hsiao-kang, een jonge pornoacteur, en de jongevrouw Shiang-chyi. De twee hadden in het verleden een vluchtige ontmoeting, toen Hsiao nog horlogeverkoper was en toen Shiang op zoek ging naar geluk in Parijs (deze relatie werd in What time is it there ? uit 2001 uit de doeken gedaan). Nu neemt Hsiao goedkope porno-films op in het flatgebouw waar ook Shiang woont. Ook al lijkt het erop alsof er eindelijk geluk in de maak is voor de twee jonge mensen, zullen zij niet slagen. De emotionele vervreemding zit te diep ...

Tsai Ming-liang staat hoog in mijn lijstje van favoriete regisseurs aller tijden. Zijn beperkte filmografie biedt de ene parel naast de andere, met naast het eerder genoemde What time is it there ? ook nog Vivre l'amour en Goodbye dragon inn als schitterende hoogtepunten. Ming-liang maakt echter zeker geen popcorn-cinema, en gaat in The wayward cloud nog een stapje verder. De tergend lang aangehouden shots, het gebrek aan een muzikale score en de zeer schaarse dialogen vergen veel geduld van de kijker, maar schetsen op schitterende wijze de tragiek van menselijke eenzaamheid en grootstedelijke afstandelijkheid. Sommige scènes zijn seksueel zeer expliciet en haast pornografisch, maar zeker niet erotiserend. Ze dragen integendeel bij tot het gevoel van liefdeloosheid. Nieuw in het oeuvre van Ming-liang zijn de korte muzikale interventies (zeer kitscherige musical-nummers die compleet over the top zijn). De slotminuten van de film zijn zeer hard : Hsiao (opnieuw een rol voor Ming-liangs fetisj-acteur Kang-shen Lee) legt de laatste hand aan een pornofilm met een bewusteloze (of dode ?) pornoactrice. Nadat Shiang willens nillens getuige wordt van dit tafereel, eindigt de film in een ruw 'contact' tussen Hsiao en Shiang. De tranen die hierbij over de wangen van Shiang biggelen, deden me opnieuw denken aan de slotscène van Vivre l'amour : een minutenlang shot van een wenende vrouw op een bankje in een park. Zeer sterk.

Geen opmerkingen: