John Vanderslice & Minguz (Cahier - 08.03.2008)
Het optreden van het Antwerpse Minguz was een aangename verrassing. Als support moeten opdraven is nooit een dankbare taak omdat het publiek zonder enige verwachting naar je staat te kijken. Dit kan tot gevolg hebben dat niemand aandacht aan je besteedt en dat iedereen aan de toog blijft wauwelen terwijl je met veel overgave het zorgvuldig bij elkaar gepende repertoire ten berde brengt. Minguz was gelukkig - en terecht - een ander lot beschoren. Een drummer die tevens een rudimentaire samplebox bestiert en een zanger/bassist die zijn instrumentarium zowaar uitbreidde met een contrabas en een zingende zaag : meer moet dat niet zijn om enkele mooie nummers te serveren. De geest van Mark Lanegan of Morphine was nooit ver weg.
Ik keek met grotere verwachtingen dan gewoonlijk uit naar deze Cahier-concertavond. Niet alleen omdat in de sterren geschreven stond dat de kwaliteit van het concert puntgaaf zou zijn, maar ook omdat het deels op mijn enthousiast aansturen was dat Lore John Vanderslice had weten te strikken.
De nieuwe langspeler Emerald City werd uitgebreid voorgesteld aan het onbegrijpelijk schaars opgekomen publiek. Dat het concert geopend werd met Kookaburra (openingstrack van Emerald City) mocht dan ook geen verrassing heten. Omdat Vanderslice zich op deze Europese tournee slechts laat bijstaan door twee muzikanten (Dave Douglas op drums en Ian Bjornstad op toetsen), maken de rijke arrangementen plaats voor kalere - maar daarom niet minder indrukwekkende - versies van de songs. Geen viool of basgitaar. Enkel de zachte en heldere stem van Vanderslice, zijn akoestische en electrische gitaren, de subtiel aanwezige ritmesectie en de al even subtiele vocale ondersteuning van toetsenist Ian.
Hierdoor kwam Kookaburra uitstekend tot zijn recht. Ook songs zoals The Parade (met dat aanstekelijke piano-riedeltje), het wat hoekige White dove en het mooi gepolijste en het meerstemmige The Tower kwamen perfect uit de verf. Elk nummer is zó fijntjes afgewerkt, zo'n perfect bewerkte diamant, zó bedrieglijk eenvoudig en toch zó complex. In zijn Tiny Telephone-studio (in het door mij o zo geliefde Mission-district van San Francisco) beoefent de intelligente en welbespraakte Vanderslice het beroep van ambachtelijke popsmid en hij doet dat verdomd goed.
Maar het beste moest nog komen. Voor de bisronde kwamen de bandleden tussen het publiek op de dansvloer staan. Er volgde een verschroeiend mooie onversterkte en akoestische bisset van drie of vier nummers, waarbij ook de drummer van Minguz even een handje mocht toesteken. Muisstil keek het publiek toe - bijna letterlijk met de neus op de muzikanten. Van de PA-technicus tot Ronny P. uit M., allen keken verbijsterd toe. Hoe mooi kan muziek zijn ? Op het Cahier-forum is het woord 'kippenvel' tientallen keren gevallen, en dat zegt genoeg. Ook ik stond er met lichtjes benevelde ogen naar te kijken. Time to go zat in die bisronde. Helaas moest er inderdaad een eind komen aan dit nagenoeg perfecte concert. Toen Vanderslice op het einde van het concert de Cahier bedankte en zei dat we verdomd trots mochten zijn op zo'n club, zwelde ik een beetje van trots. Na afloop keek iedereen elkaar een beetje beduusd aan. "How shit" en "jawadde" waren de meestgehoorde uitspraken.
Maar de nacht was nog jong. Vanderslice zelf zocht vroeg zijn bed op (volgens drummer Dave om zijn gevoelige stem te sparen voor het concert van 's anderendaags in Paradiso). Dave bleek zowel een Giants-fan als een bierliefhebber, dus dat kon niet stuk (zeker niet toen hij kennismaakte met Westmalle Tripel). Ook toetsenist Ian liet zich niet onbetuigd en kon nauwelijks verhullen hoe graag hij met zijn vingers de nieuwe Cahier-programmator had willen betokkelen. De twee bandleden - de ene angstig voor de kater die ongetwijfeld komen zou en de andere gepakt met een blauwtje - waggelden tegen het ochtendgloren naar het Torenijzer.
Als je het succes van een concert afmeet op basis van het financieel resultaat, dan was deze avond een gigantische flop. Maar betere reclame voor het doen waaien van een krachtige wind door het optredensbeleid van de Cahier is nauwelijks mogelijk. Met alle respect voor streekavonden en CD-releases van lokale bands, maar dat zijn niet de avonden die bij mij warme herinneringen opwekken. Als er in het verleden niet regelmatig in het diepe gesprongen had geweest met financieel wellicht onverantwoorde maar o zo maffe optredens, dan hadden vele van mijn allermooiste Cahier-herinneringen gewoonweg niet bestaan. "Weg met de middenmoot, bukken voor die streekgebonden navelstaarderij !" viel 's anderendaags in een email te lezen in een emotioneel pleidooi voor meer van dit soort optredens. Zo simpel is het natuurlijk niet. Maar als het concert van John Vanderslice - al is het maar voor even - er in geslaagd is om cijfers en tabellen te relativeren, zou dat de extra kers op de taart zijn.
2 opmerkingen:
Waarlijk mooie review. Bijna kiekenvel. Bijna... :-)
't Zal anders gene vette zijn met de giants dit jaar.
Bangelijk dat JV in de cahier stond, uiteindelijk zijn zulke concerten wat de cahier DE cahier maakt !
Een reactie posten