21 april 2009

Snelfilm 6

Wegens activiteiten allerhande heb ik de laatste weken belachelijk weinig films gezien, een euvel dat binnenkort ruimschoots zal goedgemaakt worden middels een nieuwe Open Doek-marathon. Voordat het zover is, nog even een kort overzichtje plaatsen van de enkele films die recent toch nog door de mazen van het tijdsnet glipten :



Het einde van het schrikbewind van de Roemeense dictator Ceaucescu vormt het onderwerp van THE WAY I SPENT THE END OF THE WORLD (Catalin Mitulescu, 2006). Geen politieke thriller echter, maar een tragikomische benadering, gezien door de ogen van de jonge Eva en haar nog jongere broertje Lalalilu. Eva wordt verwezen naar een heropvoedingsinstituut en raakt er bevriend met Andrej. Samen besluiten ze om Roemenië te ontvluchten. De kleine Lalalilu geeft Ceaucescu de schuld van het vertrek van zijn zus. Wanneer de dictator het plaatselijke schooltje bezoekt, plant Lalalilu een aanslag. De opstand in Roemenië snijdt hem echter de pas af... Zeer degelijke en verrassend aangename film, die niet alleen een pijnlijk onderwerp op frisse wijze benadert, maar die los van de politieke context ook gewoonweg een goede coming of age-film is.




Na het overweldigende succes van Le fabuleux destin d'Amélie Poulain bundelden regisseur Jean-Pierre Jeunet en actrice Audrey Tautou opnieuw de krachten voor UN LONG DIMANCHE DE FIANCAILLES (2004). Tijdens WO I wordt de jonge Maneche samen met enkele andere mannen veroordeeld wegens zelfverminking. De mannen worden naar het niemandsland gestuurd, pal tussen de frontlinies, een zekere dood tegemoet. Mathilde, de verloofde van Maneche, weigert te geloven dat haar geliefde is omgekomen en onderneemt een epische zoektocht ... Aan visuele flair geen gebrek in deze (te) lange film, waarin Jeunet een groot budget heeft gekregen om de trukendoos boven te halen. Helaas is men vergeten om een degelijke plot op te bouwen, die zich al snel in allerlei bochten moet wringen, in die mate dat het me op het einde geen ruk meer kon schelen of Mathilde haar verloofde al dan niet terugvindt. Een prachtig verpakte zeepbel.




Ook in VANAJA (Rajnesh Domalpalli, 2006) is er veel visuele flair te vinden, maar dan wel mét inhoud. In het rurale Zuid-Indië droomt het jonge meisje Vanaja, dochter van een arme visser, van een toekomst als kuchipudi-danseres. Ze gaat als werkmeisje in de leer bij de plaatselijke landeigenares en de toekomst lacht haar tegemoet. Wanneer de zoon van Vanaja's patrones haar echter verkracht en zwanger maakt, valt de toekomst van Vanaja aan duigen. Vermits Vanaja tot een lagere kaste behoort, heeft ze geen inspraak en wordt ze zelfs gedwongen om haar kind te verkopen teneinde de schulden van haar vader in te lossen ... Een degelijke film met een té grimmige inhoud om een succesvolle Bollywood-film te kunnen zijn, is dit een opmerkelijk afstudeerproject van de regisseuse/schrijfster, die hiervoor beroep deed op een amateurcast die uit de plaatselijke bevolking werd geplukt. Een aanrader met schitterende muziek.




Aan de topcast in WHITE SANDS (Roger Donaldson, 1992) zal het zeker niet gelegen hebben. Willem Dafoe, Mickey Rourke, Samuel L. Jackson en Mary Elizabeth Mastrantonio lopen echter plompverloren in een zeer complexe plot, waarbij een sheriff uit New Mexico verweven geraakt in een web van intriges. FBI- en CIA-infiltranten bekampen elkaar om een koffer met geld en om schimmige wapendeals. Al bij al nog een redelijk stijlvolle en enthousiast geacteerde thriller, ware het niet dat de plot op den duur zoveel sprongen maakt, dat je je eerder op een rodeo waant. Gedeeltelijk een gemiste kans dus, net zoals zovele films die Donaldson op zijn naam heeft staan (Species, Cocktail, Cadillac Man, Dante's Peak, ...). Ook jammer voor Mickey Rourke dat hij na de miskleun Harley Davidson and the Marlboro Man (1991) niet in een meer solide product mocht acteren. Zijn gel-kuif in White Sands is een lust voor het oog.




Een bizarre combinatie aan gevoelens in WILBUR WANTS TO KILL HIMSELF (Lone Scherfig, 2002), een hoogst interessant Engels/Deens product. Enerzijds een gitzwarte tragikomedie (hoofdpersonage Wilbur onderneemt talloze zelfmoordpogingen die steeds mislukken, dit tot wanhoop van de leden van de zelfhulpgroep die hem kotsbeu zijn) en anderzijds een gevoelig relationeel drama : Harbour, de broer en beschermengel van Wilbur, huwt met de alleenstaande moeder Alice. Ironisch genoeg is het echter niet Wilbur maar wel Harbour die eerst zal sterven na een slepende ziekte. Tijdens het ziekteproces van Harbour groeit er een band tussen Alice en Wilbur en het is pas door de dood van zijn broer dat Wilbur de waarde van het leven inziet. De film omzeilt moeiteloos alle stroperige clichés en hanteert steeds de juiste toon. Goede vertolkingen en een hilarische bijrol voor Mads Mikkelsen als de onorthodoxe psycholoog Horst.

Geen opmerkingen: