07 mei 2010

Mark Lanegan (AB - 06.05.2010)

Naarmate de jaren vorderen en we het geluk hebben gehad om hem in steeds meer verschillende bands en samenwerkingsprojecten te zien, klinken de stembanden van Mark Lanegan alsmaar meer doorrookt, immer meer gemarineerd. 's Mans stem is dan ook het gedroomde instrument om te fungeren in een akoestische setting.

Met gitarist en backingvocalist Dave Rosser aan zijn zijde zou Lanegan geen moment afwijken van de pose die hij zich de laatste jaren - bijna als een gimmick - heeft aangemeten : de linkerhand aan de micro, de rechterhand aan de microfoon-standaard, de benen lichtjes gespreid. Als Lanegan tijdens het concert een drietal keren een schuchter "thank you" uit en een paar keer Rosser aankondigt, praat hij al opvallend veel voor zijn doen.

De sfeer zit goed vanaf opener When your number isn't up, het openingsnummer van zijn meest succesvolle solo-album Bubblegum, dat alweer uit 2004 dateert. Met naast deze song ook nog Like Little Willie John, One hundred days (waarin Lanegan ontroerend mooi en hoog zingt, wellicht hét hoogtepunt van het concert) en Bombed was dit album goed maar niet al te nadrukkelijk vertegenwoordigd. Daar zorgde een mooi uitgebalanceerde setlist voor die ook grasduinde in het oudere solo-werk van Lanegan. Uit het debuutalbum The winding sheet (1990) werd Wild flowers geplukt, uit Whiskey for the holy ghost (1994) kwam The river rise (Lanegan met een opvallend hoge stem) en uit Scraps at midnight (1998) kregen we Bell black ocean geserveerd. I'll take care of you (1999) was goed vertegenwoordigd met Shiloh town, On Jesus' program en de ultieme uitsmijter Shanty man's life. En het Field songs-album (2001) werd stevig in de verf gezet middels de titeltrack, One way street, No easy action, Don't forget me en het aangrijpende Resurrection song (met sterke backingvocals van Rosser)

Tussen dit solo-werk van Lanegan vielen ook enkele opvallende covers te noteren. Niet in het minst een intieme versie van Pink Floyd's Julia Dream. Ook Screaming Trees - de band waarmee het voor Lanegan allemaal begon - werd vanonder het stof gehaald middels het mooie Traveler (op het lijf geschreven voor Lanegan). En het einde van de eerste bisset werd geweldig afgesloten met een nummer van die andere band waarbij Lanegan hoge toppen scheerde : Hanging tree van Queens Of The Stone Age. Het deed het enthousiaste publiek naar meer verlangen en Lanegan liet zich - nadat de zaallichten al enkele minuten aangefloept waren - nog overtuigen voor een korte terugkeer.

Een paar spots, een onbeweeglijke man achter een microfoon en een akoestische gitarist : meer was er niet nodig om een uitverkochte AB-flex te begeesteren gedurende ongeveer 75 minuten. In deze tijdspanne werd een hele trits nummers gespeeld, waarvan de meesten nauwelijks de 3-minutengrens haalden. En daar laat ik de advocaat van de duivel even spreken : door het gebrek aan interactie met het publiek, de lange setlist van korte nummers én de identieke aanpak van al deze nummers werd af en toe de (foute) indruk gewekt dat de set erdoor werd gejaagd en dat een aantal nummers zelfs onderling inwisselbaar werden. Natuurlijk is het altijd genieten geblazen van die unieke stem van Lanegan, maar echte uitschieters (zoals Resurrection song, Wild flowers en One hundred days) waren hierdoor jammer genoeg zeldzaam. Met als eindbalans een goed concert, waarbij de kippevel ongeduldig in de coulissen stond te trappelen ... en alsnog verstek gaf.

Setlist :
1. When your number isn't up
2. One way street
3. No easy action
4. Miracle
5. Shiloh town
6. Like little Willie John
7. Don't forget me
8. Stay
9. Bell black ocean
10. Message to mine
11. Can't catch the train
12. Mirrored
13. Resurrection song
14. Julia dream
15. The river rise
16. One hundred days
17. On Jesus' program
-----
18. Misirlou
19. Traveler
20. Bombed
21. Wild flowers
22. Hanging tree
-----
23. Field song
24. A shanty man's life

Geen opmerkingen: