16 februari 2013

Lee Konitz & Florian Weber (De Singer - 15.02.2013)



Lee Konitz (°13.10.1927) is een uit Chicago afkomstige jazz-saxofonist die voor zichzelf een plaats heeft weten te veroveren tussen de allergrootsten. Vooral door zijn deelname aan de opnames voor het legendarische Birth Of The Cool-album van Miles Davis in 1949 en 1950 veroverde hij een stukje jazz-onsterfelijkheid, maar het zou de man onrecht aandoen om hem alleen met dat wapenfeit te associëren. Hij is altijd een prominent ambassadeur gebleven van de cool jazz en de lijst van muzikanten waarmee hij samengewerkt heeft, is om van omver te vallen : Dave Brubeck, Ornette Coleman, Charles Mingus, Elvin Jones, Gerry Mulligan, Max Roach, Bill Evans en natuurlijk ook zijn grote leermeester Lennie Tristano. Hij was tevens bevriend met Charlie Parker, onder wiens verpletterende bebop-invloeden Konitz zich staande wist te houden.

De laatste jaren heeft hij o.a. samengewerkt met Brad Mehldau en gaat hij - ondanks zijn vergevorderde leeftijd en recente hartproblemen - nog geregeld de hort op met jonge muzikanten, zoals de jonge Duitse pianist Florian Weber.

Het is het duo Konitz-Weber dat we aantroffen in De Singer. "There's no privacy anymore !" merkte Konitz lichtjes monkelend op toen hij merkte dat zijn - volledig akoestische ! - concert zou opgenomen worden. Konitz maakte gedurende het ganse concert een vermoeide indruk en het was voor Weber geen sinecure om zich doorheen het ietwat warrige repertoire te improviseren. Enkel in de enige bisser (de aan Miles Davis toegeschreven compositie Solar) kreeg Weber de kans om te excelleren. Eerder kreeg Konitz vooral door zijn uitleg tussen de nummers het publiek op zijn hand. Het publiek laten mee-neurieën gedurende een volledige song, was een leuke gimmick (ook zijn suggestie om Giant Steps in een 7/4° maat te laten meeklappen, getuigde van een gezond gevoel voor humor).

Het verzoeknummer "Body & Soul" en vooral de Lennie Tristano-compositie "Out of Nowhere" lieten bij momenten zien dat Konitz meer is geweest dan een genius by proxy. Vranke en vrije melodie-lijnen vloeien zo nu en dan schijnbaar moeiteloos uit de sax van Konitz en toonden op schaarse momenten waartoe de grootmeester in zijn jongere jaren ongetwijfeld toe in staat was. Zowel Konitz als Weber begeleidden het concert vaak al scattend, al deed dit echter ongewild naar een échte percussie-ondersteuning verlangen. Na verloop van tijd zat de klad er echter een beetje in. De compositie "Russian Lullaby" (als dat al de naam is : zelfs Konitz twijfelde over de naam) werd halfweg door Konitz onderbroken om plaats te maken voor "Play Fiddle Play", een té naakte song zonder percussie-ondersteuning. De vermoeidheid van Konitz (en een technisch mankementje aan zijn sax) riepen het concert al na een goed uur een halt toe. Uiteraard kunnen zijn tanende gezondheid en zijn vergevorderde leeftijd Konitz bezwaarlijk aangewreven worden. Zo'n monument heeft al lang het voordeel van de twijfel verdiend waardoor deze avond alsnog een mooie afspraak met een stukje jazz-geschiedenis werd.

2 opmerkingen:

Vie zei

It's alive!

Peter Prong zei

Inderdaad, Vie ! De ambitie bestaat om mijn achterstal in te halen, maar of dat nog gaat lukken ?