06 september 2007

Becket

Regie : Peter Glenville (1964)

In 1154 bestijgt koning Henry II, achterkleinzoon van Willem de Veroveraar, de troon van Engeland. Hij is een onbezorgde flierefluiter die vele uren optrekt met zijn goede vriend, raadgever en drinkebroer Thomas Becket. Maar op politiek vlak gaat het hem niet voor de wind : in eigen land moet hij constant opboksen tegen de Saksen die hun nederlaag tegen Willem de Veroveraar nog altijd niet vergeten zijn. Bovendien ligt hij in een strijd verwikkeld met de Franse koning, waarvoor hij geld nodig heeft. Maar de clerus, met de aartsbisschop van Canterbury op kop, weigert om hem de nodige fondsen te geven. Wanneer de aartsbisschop onverwacht sterft, krijgt Henry een lumineuze ingeving : hij benoemt zijn beste vriend Becket tot aartsbisschop en meent aldus de clerus in zijn binnenzak te hebben. Maar Becket neemt zijn taak zeer serieus op en wordt al snel een gevreesde tegenstander van zijn voormalige vriend en koning. Een incident met een vermoorde priester drijft definitief een wig tussen het tweetal, in die mate zelfs dat Becket op de vlucht moet naar Frankrijk en dat de paus moet bemiddelen om Becket opnieuw zijn taak als aartsbisschop te laten opnemen. "Will no one rid me of this turbulent priest ?", roept Henry in frustratie uit. Een vraag die enkele van zijn trouwe ridders letterlijk opnemen, want zij vermoorden de tegendraadse Becket in de kathedraal van Canterbury ...

Becket is acteurs-cinema pur sang en het is dan ook niet verwonderlijk dat het script gebaseerd werd op het gelijknamige toneelstuk van Jean Anouilh. Eerder dan een degelijk verfilmd historisch stuk, is deze film de geschiedenis ingegaan als de clash tussen twee topacteurs op het toppunt van hun kunnen. Hun dialogen en monologen staan centraal. In de complexe relatie tussen koning (Peter O'Toole) en vriend/vijand (Richard Burton) is er geen winnaar te kiezen : ze spelen allebei de pannen van het dak en kregen dan ook beiden een oscarnominatie voor beste acteur. Pikant detail : in The lion in winter uit 1968 speelt O'Toole opnieuw de rol van koning Henry II en dat leverde hem opnieuw een oscarnominatie op (maar opnieuw geen beeldje).

Van de in totaal 12 (!) oscarnominaties voor dit ietwat langdradige maar van spitante dialogen voorziene historische drama werd er slechts ééntje verzilverd (niet verwonderlijk dat van beste script). In dat jaar gingen echter My fair lady, Mary Poppins en Zorba the Greek met de meeste beeldjes lopen, wellicht omdat deze films lichtvoetiger van aard zijn en minder lijken op verfilmd theater, een bedje waarin Becket een beetje ziek is en dat de film iets minder genietbaar maakt voor een groot publiek.

Geen opmerkingen: