Rosas : D'un soir un jour (Warande - 15.09.2007)
Als opener voor het nieuwe seizoen in de Warande werd ditmaal gekozen voor een creatie van Anne Teresa De Keersmaeker. Deze dansvoorstelling van haar gezelschap Rosas ging voor het eerst in première op 17.05.2006 in de Brusselse Muntschouwburg en vond nu dus ook haar weg naar Turnhout.
Helaas vond ook Prinses Mathilde - met het onvermijdelijke boeketje bloemen - deze avond haar weg naar Turnhout, met de nodige pers-fuzz tot gevolg. Toen al snel duidelijk werd dat het vrouwelijke naakt niet zou geschuwd worden in deze productie, kon ik niet anders dan mezelf afvragen wat Mathilde hiervan dacht en wat zij hierover later op de avond aan haar gemaal zou vertellen. Tja, een mens vraagt zich soms wat af in een knus theaterzeteltje ... Maar geen paniek voor de preutse prinses : speciaal voor de gelegenheid was ook choreografe De Keersmaker - gekleed in een ruige lederen jekker - van de partij. Zij zal Mathilde wel de nodige inside-informatie verschaft hebben omtrent deze productie.
De voorstelling zelf bestond uit zes afgescheiden choreografieën, begeleid door muziek van de componisten Claude Debussy (1862-1918), George Benjamin (°1960) en Igor Stravinsky (1882-1971). De decor-aankleding was uitermate sober : een twintigtal TL-buizen aan een ijzeren constructie, die naargelang de choreografie naar omhoog of naar omlaag werd gehesen. Twee witte doeken bedekken gedeeltelijk de achterwand van het theater. De dansarena is leeg, op een laagje stoffig zand en twee tafels na. Behalve van de TL-buizen is het licht meestal afkomstig van een paar extra sports, quasi altijd met wit licht. Al even sober is de kostumering : schakeringen van wit, zwart en grijs voeren meestal (zeker tijdens de eerste drie choreografieën) de boventoon. Echter met één uitzondering : doorheen de productie danst één Aziatische danseres als een contrapunt doorheen de choreografieën, telkens slechts gekleed in een felkleurig stukje doorschijnende stof. Van goudgeel naar blauw en rood : zij is telkens de aanschouwende muze.
In het gedeelte voor de pauze maakten vooral de twee eerste choreografieën indruk. De eerste scène is dun bevolkt met een hoofdrol voor de geweldige danseres Cynthia Loemij (met ontbloot bovenlijf) en voor Mark Lorimer. De lichaamstaal van Loemij is zeer expressief en zij schuwt ook gelaatsexpressie niet. Ook in de tweede scène eist Loemij een hoofdrol op en wordt haar lichaam over de buhne gedragen, zwevend als een blaadje op de wind. Het derde stuk was te chaotisch en te druk naar mijn smaak, maar dat kan ook te maken hebben met het feit dat we op de allereerste rij zaten en daardoor niet voldoende overzicht hadden over het geheel van de veertien dansers.
Na de pauze wordt de aandacht getrokken door twee sequenties : in één scène wordt een stuk geprojecteerd van de film Blowup (Michelangelo Antonioni, 1966). Het fragment toont hoe het hoofdpersonage getuige is van een tenniswedstrijdje tussen mime-spelers. Op dit gegeven wordt vervolgens verder geborduurd op het toneel. De tweede opvallende scène na de pauze is er eentje van explosieve vreugde. Er wordt gelopen, gelachen, op tafels gesprongen, ... Pure joie de vivre op de Fireworks-muziek van Stravinsky.
Bij experimentele dans als kunstvorm ligt het genot voor de kijker vooral op een zeer intuïtief niveau en is het dus zeer moeilijk om vergelijkingen te maken met andere voorstellingen. De Keersmaeker hanteert een zeer herkenbare danstaal en deze danstaal ligt me zeer goed (beter bijvoorbeeld dan de meer agressieve aanpak van Wim Vandekeybus, wiens verdiensten op andere vlakken te situeren vallen). Hoewel misschien niet even pakkend als bijvoorbeeld 'Rain' of 'Clapping hands', is 'D'un soir un jour' bijwijlen zeer expressief.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten