25 augustus 2008

The assassination of Richard Nixon

Regie : Niels Mueller (2004)

In tegenstelling tot wat de titel doet vermoeden, is de film geen politieke thriller rond een moordaanslag op Richard Nixon, maar wel het relaas van een man die het niet kan verkroppen dat hij the American Dream aan zijn neus voorbij ziet gaan.

Samuel Bicke probeert het te maken als verkoper in een meubelzaak, maar het ontbreekt hem aan het nodige killerinstinct om het te maken als gehaaide poenschepper. Ook zijn pogingen om de brokken van zijn mislukte huwelijk terug te lijmen, lopen op niets uit. Hij vestigt zijn hoop op het beginnen van een eigen zaak, maar ook die plannen gaan niet door. Gaandeweg ziet hij al zijn dromen in rook opgaan, terwijl gewiekste leugenaars met al de poen en macht gaan lopen. Richard Nixon wordt in de ogen van Bicke hét symbool van dit machtsvertoon, dat ervoor zorgt dat the American Dream voor de gewone man in de straat een illusie blijft. Bicke besluit dan ook om het recht in eigen handen te nemen, een vliegtuig te kapen en dit in het Witte Huis te laten crashen. Omdat hij zoveel van diens ontroerende muziek houdt, spreekt hij zijn motieven in op tape en stuurt die op naar componist Leonard Bernstein ...

De plot van deze prent is - met enige dichterlijke vrijheid - gebaseerd op leven en dood van Samuel Joseph Byck, die op 22.02.1974 daadwerkelijk probeerde om in Baltimore een vliegtuig te kapen teneinde het te laten crashen op het Witte Huis.

De vliegtuigkaping zelf neemt maar enkele minuten in beslag op het einde van de film, die volledig draait rond de psychologische neergang van het hoofdpersonage. Dat Sean Penn een topacteur is, is algemeen geweten en dat wordt wederom bewezen in deze prent. Penn slaagt erin om een heel rayon aan emoties op overtuigende wijze over te brengen. Van kinderlijk naïeve hoop voor een betere toekomst, evoluerend naar neerslachtigheid, eindigend in waanzin en paranoïa. Penn krijgt uitstekend weerwerk van Naomi Watts (wow !) als zijn ex-vrouw en van Jack Thompson als zijn geldgeile baas.

Regisseur Mueller (voor wie dit bizar genoeg tot op heden de enige film is) neemt rustig de tijd om zijn verhaal te vertellen en heeft zijn materiaal duidelijk onder controle. De handheld-camera verleent de film een claustrofobisch sfeertje. Het siert Mueller dat hij zich niet laat verleiden tot de ene emotionele uitbarsting na de andere, wat de film aan realiteitsgehalte doet winnen. Het eindresultaat is dan ook een degelijke acteursfilm (bijna een one man-show van Penn), die resoneert aan thematisch gelijkaardige films zoals Glengarry Glen Ross (James Foley, 1992) en Taxi driver (Martin Scorsese, 1976), en aan Death of a salesman, het overbekende toneelstuk van Arthur Miller.

Geen opmerkingen: