25 oktober 2014

An Old Monk (Warande - 24.10.2014)

Vaagweg geïnspireerd op leven en werk van jazz-icoon Thelonious Monk, schreef Josse De Pauw een pakkende  monoloog over ouder worden. In een productie van LOD en in dialoog met de muziek van het Kris Defoort-trio, raakt De Pauw de juiste snaar en houdt hij mensen van alle leeftijden een spiegel voor.

Het trio - met Defoort op piano, Nicolas Thys op basgitaar en Lander Gyselinck op drums - opent de debatten met een muzikale proloog, terwijl de voeten van De Pauw achter het witte achtergronddoek al onmiskenbaar meeschuifelen.

Dan verschijnt De Pauw ten tonele. In maatpak, al dansend, de ledematen hevig in alle richtingen lancerend. Hij scandeert al hijgend en dansend meermaals de volgende tekst : "Een dansje doen. Een dansje doen. Een mens doet een dansje. Lijf tegen droomlijf aangedrukt." Om vervolgens - steeds in dialoog met de muziek - in enkele hoofdstukken de levensloop van een man te schetsen.

Eerst als dromende en viriele jongeman vol dromen en vol verlangen om de wereld stormenderhand in te nemen. Klaar om - eerst schuchter en daarna vol goesting - te dansen met dé vrouw van zijn leven, de vrouw waarin de oerknal en miljarden jaren evolutie uitmondden. Hoe oud zou die jongen dan moeten zijn ? Vijftien ? Zestien ? Zeventien ? Achttien ? Negentien ?

Jaren later is er van dansen geen sprake meer. Op feestjes worden telkens dezelfde anecdotes verteld, om te maskeren dat er eigenlijk niets meer te vertellen valt. De man wil alleen maar naar huis, de inhoudsloze gesprekken kotsbeu. Om gesprekken in de toiletten te vermijden, pist de man al zittend op de pot. Thuis rukt hij zich af bij porno op het internet. En als hij in de spiegel kijkt, ziet hij een vreemd wezen. Een wezen dat in niets nog lijkt op het speelse kind van weleer, op de viriele adolescent van weleer, op de ambitieuze jonge vader van weleer. Een krachtig verlangen naar eenzaamheid (naar "allenigheid") bekruipt hem. Misschien ligt de oplossing erin om een monnik te worden. An old Monk. Hoe oud zou die man dan moeten zijn ? Veertig ? Vijfenveertig ? Vijftig ? Vijfenvijftig ?

Maar als oude man is er opnieuw dat verlangen om te leven. Om een dansje te doen. En nog één. En nog één. En nog één. Eénmaal je in het reine komt met de onvermijdelijke vergankelijkheid en met de nutteloosheid van het bestaan, vallen een monnikenleven en een onweerstaanbare drang om opnieuw te dansen, best goed met elkaar te rijmen. Er is nog hoop. En hoe oud zou die ouderling dan moeten zijn ? Zeventig ? Vijfenzeventig ? Tachtig ? Vijfentachtig ?

In een muzikale epiloog worden op het witte achtergronddoek bewerkte foto's van een naakte De Pauw geprojecteerd. Eerst nog voorzien van grappige commentaren van De Pauw. Maar dan zwijgt De Pauw en de foto's worden grimmiger en abstracter. Tot het doek valt over deze confronterende en pakkende voorstelling, waarin De Pauw het toch weer niet kon laten om snel tussendoor een schalkse sneer richting de geplande besparingen in de cultuursector te placeren. In dit licht kan ik trouwens ten allen prijze de briljante open brief van Josse De Pauw aan het adres van Voka-voorzitter Jo Libeer aanbevelen.

"Een dansje doen. Een dansje doen." Deze mantra spookte na de voorstelling nog een tijdlang door mijn hoofd. Jo Libeer en Sven Gatz zouden beter wat meer lijken op de oude monnik die een dansje doet en die het leven omarmt, dan op de azijnpisser van middelbare leeftijd die doelloos ronddwaalt in een emotionele woestenij van carrière en geld. Josse De Pauw is een grote mijnheer.




Geen opmerkingen: