11 april 2015

Peter Ackroyd : "The Plato Papers"

Aan fantasie geen gebrek in deze in ideeën-roman van de Britse auteur Peter Ackroyd, vooral bekend als gevierd biograaf.

The Plato Papers laat zich eerder als een soort van intellectuele vingeroefening lezen dan als een echte roman. Een tussendoortje tussen twee lijvige biografieën.

Het uitgangspunt is een post-apocalyptische samenleving : ergens rond het jaar 3700 a.d. houdt de gevierde redenaar Plato (niet te verwarren met zijn illustere Griekse voorganger) regelmatig uiteenzettingen hoe het leven vroeger (pakweg tussen 1500 a.d. en 2300 a.d.) geweest moest zijn in zijn thuisstad Londen. Die redevoeringen zijn gebaseerd op interpretaties van fragmentarisch bronmateriaal. Karl Marx was wellicht een beroemde humorist. Het werk van Freud wordt gezien als een moppentrommel van een groot komiek. De schrijfsels van Edgar Allen Poe worden dan weer uitgelegd als waarheidsgetrouwe verslagen van het toenmalige leven, terwijl 'The origin op species' van Darwin als een gevierde roman wordt beschouwd. En ook uit teruggevonden stukken van een film ("Frenzy" van Hitchcock) worden compleet foute conclusies getrokken.

De roman is opgebouwd uit een reeks kleine hoofdstukjes. Sommige van deze hoofdstukjes zijn flarden uit speeches van Plato, andere zijn gesprekjes tussen omstaanders die getuige zijn van de speeches, nog andere zijn gesprekken tussen Plato en zijn ziel en nog andere (op het einde) zijn gesprekken die gevoerd worden tussen Plato enerzijds en zijn rechters anderzijds. Want zijn doorgedreven fascinatie voor het verleden, brengt Plato in de problemen. Hij wordt ervan beticht om de jeugd te verderven met zijn gevaarlijke theorieën en wordt tot ballingschap veroordeeld. Zoals het ook Socrates verging in het jaar 399 b.c.

De spitsvondigheid van Ackroyd kent geen grenzen en doet de lezer regelmatig grijnzen. En de roman is zeker relevant als een waarschuwing tegen foutieve Hineininterpretierung van het verleden. Maar de fragmentarische opbouw en het ietwat pedante karakter van het betoog doen deze roman zeker geen goed.

Geen opmerkingen: