14 februari 2017

Quintessential Louis Hayes 80th Birthday Celebration Band (De Singer - 13.02.2017)


In mijn studententijd kreeg ik de smaak voor jazz serieus te pakken na het beluisteren van het album "The Cannonball Adderley Quintet Complete Live in San Francisco" (1959). Dat ritme, die drive, dat pure speelplezier ! Nadien zouden nog vele trips naar de Antwerpse stadsbibliotheek in de Lange Nieuwstraat volgen, waarbij ik talloze jazz-LP's ontleende en op cassette opnam. Mijn liefde voor jazz in het algemeen (en voor het oeuvre van John Coltrane in het bijzonder, waarvan ik toen de ene LP na de andere verslond) is daar ontstaan.

Op de prachtige foto hiernaast (© Jazzinphoto) zien we drummer Louis Hayes aan het werk in 1961 bij het kwintet van de (letterlijk en figuurlijk) grote Julian 'Cannonball' Adderley. En ook op die twee magische avonden in San Francisco in oktober 1959 - toen het voormelde heerlijke live-album werd opgenomen - zat Hayes achter de drumvellen. Maar wanneer je een beetje verder graaft in de biografie en discografie van de man en de lijst bekijkt van jazz-iconen waarmee hij heeft samengespeeld, dan lijkt het wel alsof je de index van de volledige Penguin Guide To Jazz aan het lezen bent : Kenny Burrell, Dexter Gordon, Freddie Hubbard, Yusef Lateef, Oscar Peterson, Horace Silver ... en John Coltrane. Hayes drumde op enkele van de klassieke Prestige-LP's die Coltrane opnam eind jaren '50.

De nakende tachtigste verjaardag van Hayes was een mooie gelegenheid om bij wijze van eerbetoon een tournee op poten te zetten, met vandaag een tussenstop in De Singer. Trompettist Jeremy Pelt - die zowel qua omvang als qua sappige bindteksten wel wat aan Cannonball Adderley deed denken - beschouwde de plaatsnaam 'Rijkevorsel' als compleet onuitspreekbaar en omschreef de gemeente grappig als "literally a one-horse town", dit in contrast met grote steden waar het kwartet gedurende deze tournee optrad (Barcelona, Wenen, Athene, München, Londen, Parijs). Naast Hayes en Pelt traden vandaag ook aan : Danny Grissett op piano en Dezron Douglas op contrabas. Het behoeft nauwelijks betoog dat het niveau van elk van deze muzikanten compleet complementair was aan het niveau van bandleider Hayes, die met een onnavolgbare 'behandeling' van zijn grote cimbaal het swingende ritme aangaf en zich voor het overige een opvallend bescheiden rol aanmat. In de bescheidenheid herkent men de meester.


In twee sets van telkens een uur bracht het kwartet de magie van de gouden jaren '50 (gemarkeerd door de overgang van swing naar bop) naar 's lands beste jazz-club. Tijdens de eerste set zaten enkele feedback-incidentjes in de weg van een vlekkeloos verloop, maar tijdens de tweede set was deze kreukel gladgestreken en beleefden we een prachtig avondje jazz van het soort dat me indertijd bij de lurven greep. In elke set één bloedmooie ballad en talloze mooie solo's om de muzikanten met een open doekje te belonen. Vooral in de tweede set kregen Douglas en Grissett ruimschoots de gelegenheid om hun kunnen te tonen.


Uit de mond van Pelt noteerden we enkele nummers uit de set-list :

"The theme from Mr. Lucky" (Henry Mancini)
"Easy Walker" (Billy Taylor)
"I wanna be loved with inspiration" (Johnny Green)
"Hello bright sunflower" (Duke Pearson)
"Happy times" (Freddie Hubbard)
"French spice" (Donald Byrd)

Rijkevorsel mag dan doorgaans inderdaad a one-horse town zijn, op deze grauwe Kempische maandagavond werd het publiek voor twee uurtjes meegenomen naar een oktoberavond in 1959 in The Jazz Factory - de ondertussen teloor gegane club in het North Beach-district in SF - waar Cannonball Adderley én Louis Hayes toen onbewust de zaadjes plantten van mijn liefde voor het genre. Hulde !

Geen opmerkingen: